Gemini meldt het volgende over de (inmiddels slepende)
rechtszaak:
De rechtszaak tussen Pictoright en Meta begon met een dagvaarding in 2023, omdat Meta weigert te betalen voor het gebruik van auteursrechtelijk beschermd beeldmateriaal van de door Pictoright vertegenwoordigde makers op Facebook en Instagram. De rechtbank heeft inmiddels een tussenvonnis gewezen waarin is bepaald dat Meta een vergoeding moet betalen voor het gebruik van deze werken, en er zijn nu deskundigen aangewezen om de door Meta voorgestelde methode voor berekening van deze vergoeding te beoordelen.
Kernpunten van de zaak:
- Auteursrechtinbreuk: Pictoright
beschuldigt Meta van het niet nakomen van de Auteurswet door het
ongeoorloofd exploiteren van werken van beeldmakers.
- Verplichting
tot licentie: Volgens de rechtbank zijn Facebook en Instagram
"online diensten voor het delen van inhoud" en moeten zij zich
inspannen om een licentie te verkrijgen.
- Vergoeding
vanaf 2021: De rechtbank heeft al in een eerdere uitspraak
bepaald dat Meta een passende vergoeding moet betalen vanaf juni
2021.
- Berekening
van de vergoeding: De methode die Meta voorstelt om de vergoeding
te berekenen, de zogenaamde "data discovery", wordt als
onvoldoende transparant en betrouwbaar beschouwd.
- Aanstellen
van deskundigen: De rechtbank heeft deskundigen aangewezen die de
voorgestelde methode van Meta gaan beoordelen. Deze deskundigen
zullen een rapport aanleveren om Meta en Pictoright te helpen een
licentieovereenkomst te bereiken.
De volgende stappen:
- De
aangewezen deskundigen zullen binnen acht maanden een definitief rapport
aanleveren.
- Op
basis van het rapport zullen Meta en Pictoright verder onderhandelen over
een licentieovereenkomst.
- Indien
Meta niet slaagt in het tot stand brengen van een overeenkomst, kan zij
schadeplichtig worden.
De campagne van de Federatie beeldrechten om deze rechtszaak
te steunen was aanleiding om mij aan te sluiten bij Pictoright. Mijn foto’s,
illustraties en cartoons worden immers gedeeld op de platforms van Meta en een
vergoeding voor dat digitale hergebruik is natuurlijk meer dan welkom.
Van al het werk dat ik zelf digitaal uitgeef via blogs en sociale media moet ik, als ik mij wil aansluiten, de hergebruikrechten overdragen aan Pictoright. Maar voor een vergoeding voor digitaal hergebruik lijkt alleen het werk in aanmerking te komen dat is verschenen in kranten, tijdschriften en op de websites van NOS.nl, NU.nl en RTL.nl. En bij die drie websites gelden alleen de betaalde plaatsingen.
Op de website van Pictoright staat het volgende:
“Met een aansluiting voor collectieve rechten (de rechten op
collectieve vergoedingen die je onder meer ontvangt voor gepubliceerd werk in
kranten, tijdschriften, boeken en op tv) draag je deze specifiek genoemde
rechten wel, voor de duur van je aansluiting, aan Pictoright over.”
Ik heb vorige week gevraagd of het klopt dat ik de
hergebruikrechten van al mijn digitaal uitgegeven werk moet overdragen terwijl
ik dat werk niet kan aanmelden voor een collectieve vergoeding. Ik heb aangegeven dat ik in dat geval de overeenkomst wil ontbinden en wacht nog op antwoord.
De door de rechtbank aangestelde deskundigen krijgen een
budget van € 676.813,50 om te bepalen in welke mate het werk van bij Pictoright
aangeslotenen gebruikt wordt op de platforms van Meta. Pictoright moet 1/3 deel
van die kosten betalen en ook het proces zelf zal Pictoright het nodige kosten.
Mijns inziens worden de collectieve rechten voor digitaal
hergebruik van bij Pictoright aangeslotenen al geïncasseerd en uitgekeerd via
de thuiskopieheffing en de reprorechtregeling. Pictoright is volgens mij bovendien
ook helemaal geen partij die een licentieovereenkomst met Meta kan afsluiten
voor hergebruik van foto’s uit perspublicaties, dat recht komt de uitgever toe
(artikel 7b WNR). Sowieso is het opmerkelijk dat de rechtbank niet eerst een oordeel
velt of Pictoright überhaupt ontvankelijk is in haar eis. (De rechten van
uitgevers en Pictoright botsen al jaren: reeds in 2015 waarschuwde de Persgroepdat fotografen contractbreuk plegen als ze zich aansluiten bij Pictoright.)
Mijn verwondering over de rechtszaak sloeg om in ergernis
nadat ik ontdekte dat Pictoright collectieve vergoedingen uitkeert aan fotopersbureaus in plaats van aan de makers zelf. En die fotopersbureaus zetten
dat niet altijd door naar de rechthebbenden. Er blijkt al tijden onrust te zijn.
Ook worden foto’s dubbel geclaimd.
De toezichthouder mag wel eens ingrijpen bij stichting Pictoright. Collectieve vergoedingen zijn namelijk bedoeld voor de makers, niet om rechtszaken mee te voeren. En Pictoright is aangewezen om die collectieve vergoedingen te verdelen over de rechthebbenden, niet om ze uit te keren aan fotopersbureaus. Maar ik ga geen handhavingsverzoek indienen, dank je de koekoek: geen zin gezien mijn eerdere ervaringen met handhavers, maar vooral ook geen tijd. Ik heb mijn handen vol aan rechtszaken met fotopersbureaus voorkomen en probeer een boek over fotorecht af te krijgen…